-
1 motor
(krachtbron) motor s; (voertuig) motosiklet [-ti] s -
2 motor coach
n. bus, autobus, groot voertuig met veel passagiers; dubbeldekker -
3 stallen
♦voorbeelden:1 de koeien/de paarden stallen • house the cows, stable the horses -
4 rijden
1 [zich voortbewegen van een voertuig] drive 〈 auto〉; ride 〈 (motor)fiets, rolstoel〉 ⇒ 〈 snelheid hebben〉 move, 〈 volgens dienstregeling〉 run 〈 trein, bus〉, do 〈 met betrekking tot snelheid, afstand〉3 [schaatsen] (ice) skate♦voorbeelden:1 hoeveel heeft je auto al gereden? • how many miles/kilometres has your car done?door een vakbondsactie rijden de treinen niet • owing to industrial action no trains are runningeen taxi en een vrachtwagen reden op elkaar (in) • a cab and a lorry collided(te) dicht op elkaar rijden • not keep one's distancede tractor rijdt op dieselolie • the tractor runs/operates on diesel oildie auto rijdt gemakkelijk • that car drives easilyII 〈 overgankelijk werkwoord〉1 [vervoeren] drive♦voorbeelden:iemand in een rolstoel rijden • wheel someone in a wheelchair2 [(op) een rijdier voortbewegen] ride♦voorbeelden:1 honderd kilometer per uur rijden • drive/do a hundred kilometres an hour(met) een kruiwagen rijden • wheel a wheelbarrowhij kan uitstekend rijden • he drives extremely wellhij werd bekeurd omdat hij te hard reed • he was fined for speedingdoor het rode licht rijden • go through a red lightin een auto rijden • drive (in) a carop een tegenligger rijden • crash/run into an oncoming car2 uit rijden gaan, gaan rijden • go (out) for a ride/driveop een/te paard rijden • ride a horse/on horseback -
5 combustion chamber
-
6 cut out
automatische schakelaar (een electrische schakelaar die de electrisiteit uitstelt bij te zware belasting); stoppen; wegsnijdencut out1 uitvallen ⇒ defect raken, het begeven2 afslaan♦voorbeelden:II 〈 overgankelijk werkwoord〉1 uitsnijden/knippen/hakken ⇒ modelleren, vormen♦voorbeelden:3 cut it/that out! • hou (er/daarmee/over) op! -
7 railcar
n. spoorwegvoertuig voortbewogen door zijn eigen motor ontworpen om passagiers te vervoeren; spoorweg voertuigrailcar -
8 rail car
spoorwegvoertuig voortbewogen door zijn eigen motor ontworpen om passagiers te vervoeren; spoorweg voertuig -
9 koppelen
2 [een relatie leggen tussen] relier3 [liefdesrelatie tot stand brengen] pousser l'un vers l'autre ⇒ 〈 onovergankelijk werkwoord, bemiddelen〉 s'entremettre (pour faciliter un mariage)♦voorbeelden:1 [m.b.t. een voertuig] embrayer -
10 afslaan
♦voorbeelden:1 zie je die fietser daar links afslaan? • do you see where that cyclist is turning left?II 〈 overgankelijk werkwoord〉1 [door slaan verdrijven] beat off5 [doen wegspoelen] wash away♦voorbeelden:een thermometer afslaan • shake down a thermometerde vijand/een aanval afslaan • beat off the enemy/an attack
См. также в других словарях:
GTK Boxer — Boxer Prototipo del GTK Boxer en 2004. Tipo Transporte blindado de personal País de origen … Wikipedia Español